Vroeger, zoals in de jaren ‘50 en ‘60 van de vorige eeuw, bestond de leefwereld van
de meeste mensen in ons land uit de school, de buurt, het dorp, de kerk en het
plaatselijk verenigingsleven. Je ging van maandag tot en met zaterdag(ochtend) naar
school of aan het werk. Vrienden en kennissen had je in je nabije omgeving. Daar
ontmoette je elkaar. Er was sociale controle. Enerzijds aandachtspunt en zorg voor
elkaar, anderzijds kon dat ook dwingend en benauwend zijn. Je behoorde meestal tot
een bepaalde kring, zuil, en vertrouwde binnen zo’n zuil verantwoordelijkheid toe aan
bestuurders en politici.
Nu, zo’n 60 jaar later, is de leefwereld voor velen onbegrensd geworden. Stromen van
mensen bewegen zich met vliegtuigen of anderszins over de hele wereld. Internet en
social media zijn niet meer weg te denken, en bepalen steeds meer onze leefwereld.
Veel mensen vertrouwen minder of niet op gekozen bestuurders. Teveel mensen
claimen de aandacht door impulsief en veelal anoniem (bv via een verzonnen naam)
van alles op Twitter, Facebook en andere social media te gooien. En de landelijke
media besteden juist aan die groep veel aandacht en niet of te weining aan de vele
anderen die daar niet aan meedoen. Opiniepeilingen zijn aan de orde van de dag,
Iedereen mag impulsief over van alles zijn of haar mening geven , zonder
verantwoordelijkheid te dragen voor de gevolgen. In het dagelijks leven, ook in onze
dorpen en gemeenschap, komt dit verschijnsel net zo goed voor. Bij voorbeeld door
over anderen iets te zeggen zonder met die ander zelf gesproken te hebben.
Roddelen, zwart maken, impulsief en emotioneel reageren. Het helpt niet om daaraan
mee te doen, dat brengt ons alleen maar verder van elkaar af. Tot tien tellen, en liefst
nog heel veel verder, voordat je je oordeel velt of mening geeft….. Eerst eens met de
ander in gesprek gaan waar je een beeld over hebt gevormd…. Je niet zo snel
gekwetst voelen, wat iets anders is dan dat je zegt dat een ander je kwetst. Een ander
willen leren kennen zoals je zelf ook gekend wil worden, dat brengt ons, dat brengt
mensen dichter bij elkaar. Misschien helpt het om eerst eens na te denken, of de stilte
op te zoeken, of je denken, vragen en reacties eens te benoemen in de stilte van het
eigen gebed. In de kerk is het woord ook belangrijk, Gods woord, zo noemen we de
Bijbel. Het is een woord dat om ons antwoord vraagt. Het is ook een woord dat ons
misschien kan helpen om anderen te willen leren kennen zoals we zelf gekend willen
worden. “Gods heeft het eerste woord, hij heeft in den beginne, het licht doen
overwinnen, Hij spreekt nog altijd voort”, zo zijn de woorden van een heel bekend lied.
Als een kind gedoopt wordt spreken we zijn of haar naam uit en zeggen we dat hij en
zij door God gekend is en zal blijven. Social media en andere internet mogelijkheden
kunnen voor veel verwarring en verwijdering en fake news zorgen. Impulsieve en
emotionele reacties op een ander kunnen eveneens voor verwijdering zorgen en de
gemeenschap verzwakken in plaats van versterken. Elkaar ontmoeten, met elkaar in
gesprek gaan, van aangezicht tot aangezicht maar ook via social media, zelf
antwoordend mens zijn op Gods woord, brengt ons dichter bij elkaar. In onze dorpen,
in ons multicultureel land en in de hele wereld. Het wereld nieuws gaat teveel over de
mensen die niet goed willen maar veel te weinig over alle mensen in alle landen die
wel kennen en gekend worden. Vanuit de geschiedenis van de ethiek, het nadenken
over waarden en normen, kunnen we leren dat elke verandering, dus ook die ten
goede, begint bij een enkeling, nooit bij de massa. Die enkeling kan ik zijn, kun jij zijn,
kunt u zijn.
Ben Bloemink